Aanbevelen:
Naar de Knowledge Base

DSL-doorvoercapaciteit is te laag

De doorvoercapaciteit die de FRITZ!Box in de gebruikersinterface weergeeft, is aanzienlijk lager dan de DSL-snelheid die de DSL-provider garandeert.

Oorzaak

  • De doorvoercapaciteit van de DSL-verbinding hangt voornamelijk af van de lengte en de kwaliteit van de toegangslijn. Fouten in de bekabeling of problemen met de centrale (DSLAM) van de internetprovider kunnen ook van invloed zijn.

    Belangrijk:Op veel DSL-verbindingen kan de overeengekomen doorvoercapaciteit niet volledig worden bereikt. Daarom zeggen DSL-providers dat ze DSL-snelheden aanbieden tot een bepaalde waarde ("tot").

Voer de hier beschreven maatregelen na elkaar uit. Controleer na elke maatregel of het probleem is opgelost.

Opmerking:De configuratieprocedure en informatie over functies in deze handleiding hebben betrekking op het meest recente FRITZ!OS van de FRITZ!Box.

1 Doorvoercapaciteiten van meer dan 100 Mbit/s worden niet ondersteund

De FRITZ!Box ondersteunt DSL-aansluitingen met doorvoercapaciteiten tot maximaal 100 Mbit/s. Supervectoring, waarmee doorvoercapaciteiten tot 300 Mbit/s mogelijk zijn, wordt niet ondersteund door de FRITZ!Box. De FRITZ!Box brengt de verbinding dus ook op een aansluiting met supervectoring tot stand met maar maximaal 100 Mbit/s.

Opmerking:De FRITZ!Box-modellen 7590 (AX), 7590, 7583, 7582, 7530 (AX), 7520 en 6890 ondersteunen supervectoring. Informatie over deze modellen vind je op nl.avm.de.

2 Maximale doorvoercapaciteit controleren

De DSL-provider stelt voor elke DSL-aansluiting een maximaal haalbare doorvoercapaciteit in. De werkelijk haalbare snelheid op je DSL-aansluiting kan niet meer bedragen dan de maximale doorvoercapaciteit:

  1. Klik in de gebruikersinterface van de FRITZ!Box op "Internet".
  2. Klik in het menu "Internet" op "DSL Information".
  3. Klik op het tabblad "DSL".
  4. Controleer op de regel "Max. DSLAM throughput" welke maximale doorvoersnelheid is ingesteld voor je aansluiting.
  5. Als je met je provider een hogere snelheid bent overeengekomen, neem dan contact op met je DSL-provider.

3 Bekabeling controleren

Fouten in de bekabeling worden vaak over het hoofd gezien en kunnen de DSL-doorvoercapaciteit aanzienlijk verminderen. Controleer daarom de bekabeling in huis:

  1. Als je de FRITZ!Box gebruikt op een IP-gebaseerde aansluiting, verwijder dan de DSL-splitter.
  2. Verwijder alle kabelverlengingen, ongebruikte kabels, TAE-aansluitdozen en extra elektrische accessoires (bijvoorbeeld overspanningsbeveiliging, aansluitdozen voor automatische wisselschakelaars).
  3. Verzeker je ervan dat de FRITZ!Box op de juiste wijze is verbonden met de DSL-aansluiting. Uitgebreide informatie vind je in de korte handleiding die met de FRITZ!Box is meegeleverd en in het handboek.

4 Meest recente FRITZ!OS van de FRITZ!Box installeren

Door installatie van het meest recente FRITZ!OS is je FRITZ!Box compatibel met de meest recente DSL-techniek die wordt gebruikt in de DSL-centrales van de DSL-providers:

  1. Installeer op de FRITZ!Box het meest recente FRITZ!OS.

5 Storingsongevoeligheid terugzetten

Stel de storingsongevoeligheid ("Interference Resistance") in op "maximum performance", omdat andere instellingen de DSL-doorvoercapaciteit kunnen verlagen:

  1. Klik in de gebruikersinterface van de FRITZ!Box op "Internet".
  2. Klik in het menu "Internet" op "DSL Information".
  3. Klik op het tabblad "Interference Resistance" ("Line Settings"). Als het tabblad niet wordt weergegeven, schakel dan eerst de geavanceerde weergave in.
  4. Klik op de link "Reset setting".
    • De storingsongevoeligheid wordt nu automatisch ingesteld op "maximum performance".

6 Doorvoercapaciteit met een andere DSL-modem controleren

Op veel DSL-aansluitingen kan de met de DSL-provider overeengekomen maximale doorvoercapaciteit niet volledig worden bereikt. Om erachter te komen of de door de FRITZ!Box bereikte doorvoercapaciteit wordt beperkt door de aansluiting of door een storing, controleer je de doorvoercapaciteit met een andere DSL-modem:

  1. Koppel de FRITZ!Box los van de DSL-aansluiting.
  2. Sluit een andere DSL-modem aan op de DSL-aansluiting.
  3. Test welke doorvoercapaciteit die je behaalt met de andere DSL-modem. Test de andere modem zo snel mogelijk, zodat de testomstandigheden identiek zijn.
  4. Als de doorvoercapaciteit ook met de andere DSL-modem duidelijk lager is dan de doorvoercapaciteit die je bent overeengekomen met je DSL-provider, laat dan je aansluiting door je provider controleren.

    LET OP!Er zijn mogelijk kosten verbonden aan de controle. Vraag naar de voorwaarden bij je provider!